Op de lagere school kwam ik het begrip Onbevlekte Ontvangenis voor het eerst tegen. Het zei me helemaal niks, ik weet niet meer in welk verband het op de godsdienstles te berde werd gebracht, maar het bleef voor mij jarenlang volkomen abstract. Het moest wel erg belangrijk zijn, want met hoofdletters geschreven. Veel later begreep ik pas wat er werd bedoeld. Ik vond het maar grote onzin en een belediging voor alle vrouwen.

Als je het begrip ‘’ontvangen ‘’uittilt boven het alledaagse ‘’krijgen’’ en boetes van de verkeerspolitie of aanslagen van de Ontvanger (!) der Belastingen en de maagd Maria buiten beschouwing laat, dan krijgt Ontvangen een heel andere dimensie. Je komt dan, met enige fantasie en verbeeldingsvermogen, terecht in de wereld van de intermenselijke betrekkingen. Krijgen en geven evolueren dan tot ontvangen en schenken. Er is sprake van waardering over en weer, het menselijke heeft de overhand boven het zakelijke. De materiële waarde of de vorm van het beschonkene doet er dan in principe minder toe. Het gaat om het gebaar, de geste, de blijk van sympathie die er uit spreekt, het respect en de waardering voor de ontvanger. Op zijn Moluks gezegd is dan de ‘hubungan’ (verbondenheid) aan de orde.
In bepaalde Indiaanse gemeenschappen in Noord-Amerika kent men weggeef-ceremoniën, de zogenaamde potlatch, waarbij een persoon of een gezin alle bezit van waarde weggeeft aan een stamgenoot. Paarden, wapens, huiden en de tipi veranderen van eigenaar tot men nog minder heeft dan de kleding om het lijf. Niet per se omdat de ontvanger het nodig heeft omdat hij in armoe leeft. Het is een manier om uit te drukken dat men met elkaar verbonden is. Of je je hele hebben en houwen in deze bepaalde situatie weggeeft is facultatief, maar de gift weigeren is er niet bij. Daarmee breng je het eeuwenoude principe, het wankele evenwicht in gevaar. Bij de potlatch ligt de nadruk niet op het geven of de gever, maar juist op de ontvanger en het respect die aan hem en zijn verdiensten en kwaliteiten wordt betoond. Zendelingen, missionarissen en vertegenwoordigers van de federale regering hebben getracht de potlatch te verbieden, omdat men het zag als een ondergravende heidense gewoonte, hoewel het juist volledig in overeenstemming was met de christelijke leer van naastenliefde en broederschap. Ik denk dat men er op tegen was omdat het indruiste tegen de kapitalistische beginselen met betrekking tot “íeder voor zich, God voor ons allen”.

De Potlatch is echter nog springlevend en heeft zich als principe uitgebreid. In de hedendaagse activiteiten ten gevolge van de financiële crisis zie je zelfs in West-Europa sporen ervan in de vorm van de kledingbank of de voedselbank of weggeefsites op internet. Ook buiten de zogenaamde wij-culturen als de onze.

Geven en ontvangen is eveneens een belangrijk aspect van de Molukse cultuur en adat, zowel op de Molukken als in Nederland. Onze cultuur is er mee doorspekt en het maakt ons tot wie we zijn.

Belijdenis, trouwerij, begrafenis. We kunnen in voorkomende gevallen bijna ongebreideld rekenen op de ruimhartigheid van onze Molukse gemeenschap. In de vorm van ruim gevulde enveloppen, dan wel de vele handen die worden toegestoken. Niet dat we armlastig zijn of geen hulp zouden kunnen organiseren. We beseffen terdege dat hierin de essentie van onze kleine Molukse samenleving in den vreemde ligt besloten en dat het waardevol is deze te onderhouden. Zoals we er ook rekenschap van geven dat bij het ontvangen ook onlosmakelijk het schenken hoort. Anders lig je er zo uit. We gaan er blijmoedig en vrijmoedig mee om, maar zeker niet vrijblijvend, steeds alert op slinkse lieden die de ongeschreven regels moedwillig ontduiken en daarmee het systeem fnuiken.

Het is een subtiel samenspel. Het eerder genoemde wankele evenwicht. Sinds mensenheugenis geldt immers ook voor ons Molukkers het adagium; het leven bestaat uit geven en nemen.

Servaas Maturbongs

_____________________________________________________________________________

Over Servaas Maturbongs

Servaas MaturbongsServaas is geboren in een klooster/kamp in het uiterste zuiden van Limburg en groeide op in een van de twee Molukse wijken van Geleen. Hij kende een turbulent leven. Enerzijds was hij net als de rest van zijn broers en zussen een goede scholier/student; anderzijds was hij iemand die graag de “wild side of life” opzocht. Na een hersenbloeding in 2005 is hij gaan schrijven over zijn leven in de boeken Njong Gogos (2009) en Doorstart (2013) en publiceert hij op internet en in bladen zoals Moesson en Marinjo. Servaas hoopt binnenkort zijn eerste roman uit te brengen.