65 Jaar Molukkers in Nederland – 2016 is het herdenkingsjaar dat 65 jaar geleden ca. 12.500 Molukkers in NL aankwamen. Het ging om militairen van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL), schepelingen van de Koninklijke Marine, politierekruten en hun gezinsleden. Wij vroegen Atêf Sitanala (derde generatie) waar hij denkt dat de Molukse gemeenschap over pak ‘m beet 30 jaar staat.

Cruciale veranderingen 

Naar mijn mening zal de Molukse gemeenschap in de toekomst cruciale veranderingen doormaken, waardoor er meer diversiteit zal ontstaan binnen de gemeenschap. Het bestaan van de Molukse wijken zal op losse schroeven komen te staan en de gemeenschap zal niet meer zo duidelijk afgebakend zijn. Dit betekent niet het begin van het einde, maar juist een nieuwe ontwikkeling. Deze ontwikkeling wordt voornamelijk bepaald door de toenemende mate van individualisering binnen de gemeenschap in een constant veranderende Nederlandse samenleving.

Kunnen we anno 2016 nog wel spreken van één gemeenschap? Persoonlijk zie ik dat de gemeenschap meer en meer gevormd zal gaan worden door het gezamenlijk beleven en delen van ervaringen. Deze ervaringen bestaan uit het deelnemen aan ceremonies tijdens blije en droevige gebeurtenissen, rituelen en sociale activiteiten. Voorbeelden hiervan zijn een masuk minta (traditioneel huwelijksaanzoek), malam penghiburan (troostdienst), kumpulan (dorpsvereniging) bijeenkomsten, jubilea, herdenkingen, etc. Deze zullen een cruciale rol blijven spelen bij het beleven van de Molukse cultuur.

Toch constateer ik tegelijkertijd dat deelname aan verschillende culturele gebruiken en gewoonten steeds verder aan het afbrokkelen is, juist door de individualisering. Dit schetst geen al te rooskleurig beeld over het voortbestaan daarvan, maar wel een realistisch beeld. Minder deelname betekent minder betrokkenheid en beleving, kenmerken waar de Molukse gemeenschap toch sterk afhankelijk van is en zal blijven: een stuk gemeenschapszin dat langzamerhand verdwijnt.

Atêf Sitanala

Bijna 100 jaar Molukkers in Nederland

Stel we gaan naar het jaar 2046. Dat is 30 jaar verder wanneer de gemeenschap alweer bijna 100 jaar bestaat…en dit is puur koffiedik kijken… Ik denk dat haast niemand meer Maleis zal spreken. In taal liggen emoties die een culturele belevingswereld tot uiting brengt. Dat een grote meerderheid nu al de Maleise taal niet meer spreekt, zegt al veel over de beleving.

 

Kenmerkende aspecten zoals de onderlinge familie-, dorps- en eilandbanden, die de gemeenschap in de afgelopen 65 jaar zo hecht hebben gemaakt, zullen in de toekomst veranderen: het familiebegrip wordt kleiner. Dorpsbanden (zoals het pela-, tea-bel systeem of soortgelijk) in de Molukse gemeenschap zullen niet meer in de hoedanigheid worden herkend en erkend zoals men deze vroeger ervoer. Dat betekent ook dat de Molukse wijken veranderen in gewone wijken waar de sociale samenhang niet meer zo sterk zal zijn als vroeger. Toen was het bijvoorbeeld normaal om via de achterdeur bij iemand binnen te stappen. Tegenwoordig kan men vaak pas op afspraak aanbellen bij de voordeur.

De definitie van wat een Molukse wijk inhoudt, is tegen die tijd nauwelijks meer van belang. Ook de verschillende culturele denkbeelden onder jongeren ter ontwikkeling en vorming van hun identiteit zijn een zeer klein onderdeel geworden van de gemeenschap. Eigenlijk kan er gesteld worden dat in de nabije toekomst de assimilatie is gelukt, maar in zekere zin ook de verdere afzondering in de samenleving. Dit klinkt tegenstrijdig, maar dat is het niet: Molukse Nederlanders zullen zich meer thuis voelen onder elkaar zoals dat dan ook zal voorkomen bij Marokkaanse Nederlanders, Surinaamse Nederlanders etc. Het wij-gevoel onderling zal wel veel kleiner zijn geworden.

 

In het jaar 2046 is men meer op zichzelf, een eigen plek in de samenleving met sentimenten vol nostalgie uit een ver verleden.

 

Kinderen uit gemengde relaties zullen opgroeien met een Nederlandse mentaliteit. Het enige wat je bij deze kinderen zou kunnen bespeuren, wat mogelijk op een Molukse achtergrond wijst, is een Molukse achternaam. Ik weet niet of er dan nog gesproken kan of zal worden van een vijfde of zesde generatie. De aanduiding van deze termen zullen plaatsmaken voor ‘een Nederlander met in zekere mate Molukse roots’.

Alhoewel het eten en de liederen een stevige basis blijven bieden – sterk ingegeven vanuit nostalgie – om zich van een andere bevolkingsgroep te onderscheiden, zullen deze typerende aspecten een passende plek krijgen in een multicultureel Nederland.

Zo Nederlands als wat

Het verleden kenmerkt het heden bij de continue zoektocht naar nieuwe vormen om invulling te geven aan wie we zijn, waarbij we tegelijkertijd opgroeien in de Nederlandse samenleving. Het geloofsleven en de adat, beide ooit meegebracht door de eerste generatie uit de Molukken, zijn dan verworden tot een schim van wat zij ooit zijn geweest. Dit heeft uiteindelijk tot gevolg dat wij in de omgang zo Nederlands als wat geworden zijn.

Deze beleving van de Molukse cultuur zal over 30 jaar niet meer dezelfde zijn als in de jaren zestig, zeventig en tachtig van de vorige eeuw, waarbij de onderlinge verbondenheid en saamhorigheid zeer sterk was: het leek toen alsof men tot een grote familie behoorde. In het jaar 2046 is men meer op zichzelf, een eigen plek in de samenleving met sentimenten vol nostalgie uit een ver verleden.