Je bent Indisch of Moluks als:
- je van moeder een lel kreeg in plaats van een klap.
- je sambal moest eten wanneer je een grote mond had thuis.
- je elke ouwe soul- en discoplaat kent of zelfs kan meezingen.
- je bij iedere verjaardag en feest nieuwe ooms en tantes leert kennen.
- je door iedereen sombong (arrogant) wordt gevonden, terwijl je eigenlijk normaal doet.
- je een familie hebt waarvan minimaal de helft gitaar speelt.
- je belanda’s duizend keer moet uitleggen dat nasi gewoon rijst is en nasi goreng gebakken is met groenten etc.
- je niet weet dat ze de bamisoeppakjes ook los verkopen en niet alleen in dozen van 40 zoals jij gewend bent.
- je beseft dat het zinloos is om een tijd af te spreken voor familiegebeuren, standaard jam karet!
- je binnenkomt bij een feest of verjaardag van familie je de hele middag saté moet rijgen (met de klemtoon op de ‘a’!).
- je moeder voor alle soorten ziektes en kwaaltjes tijgerbalsem gebruikt.
- je de hele middag bezig bent met het maken van lekkere hapjes en je belanda-vrienden het binnen 5 minuten hebben opgevreten, rakus! (gulzig)
- je familie elke gelegenheid aangrijpt voor een feestje, zelfs het behalen van je zwemdiploma.
- je vrouwelijke familieleden je een snuifkus geven.
- je op je hurken kan zitten met je voeten plat op de grond.
- je standaard bij anderen bij binnenkomst aan de eettafel gaat zitten in plaats van in de woonkamer.
- er een fles (botol cebok) op de WC staat en belanda’s vragen zich af waarom?
- de meest gestelde vraag in de familie is: ‘Heb je al gegeten?
- je warm eten als ontbijt naar binnen kunt werken.
- je een voorraadkast thuis hebt die nog beter gevuld is dan Albert Heijn XL.
Foto: ErinBird